direct naar inhoud van Artikel 12 Waterstaat - Waterkering
Plan: IJsseldelta-Zuid - Dronten (8090)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0303.8090-VA01

Artikel 12 Waterstaat - Waterkering

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:

  • a. waterkeringen;
  • b. aanleg en verbetering van waterkeringen;
  • c. het beheer en het onderhoud van de waterkeringen;
  • d. waterstaatkundige doeleinden;
  • e. een dam met sluizen, spuiwerk, vispassage, migratievoorzieningen, een autoafzetplaats en gemaal alsmede een sluis met wachtsteigers, remmingwerken ter plaatse van de aanduiding 'sluis';
  • f. een langzaamverkeersverbinding ter plaatse van de aanduiding 'verkeer';

met daarbij behorende:

  • g. wegen en paden en kwelsloten;
  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
12.2 Bouwregels
12.2.1

In afwijking van het bepaalde in de andere daar voorkomende bestemmingen mogen op deze gronden nieuwe bouwwerken uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.

12.2.2

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'sluis';
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'waterstaat';
  • b. de bouwhoogte van een gebouw mag maximaal 20,00 meter bedragen.
12.2.3

De bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde:

  • a. mag ter plaatse van de aanduiding 'sluis' niet meer dan 20.00 m bedragen;
  • b. mag ter plaatse van de aanduiding 'waterstaat' niet meer dan 20.00 m bedragen;
  • c. mag op overige gronden niet meer dan 2 m bedragen.
12.3 Afwijken van de bouwregels
12.3.1

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.2.1 en 12.2.3 teneinde bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemmingen toe te staan, met dien verstande dat een besluit over een omgevingsvergunning niet wordt genomen dan nadat advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de waterkering.

12.3.2

De in lid 12.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend met inachtneming van het gestelde in bijlage 1 onder 1.6.

12.4 Specifieke gebruiksregels
12.4.1 Afwegingskader aanlegactiviteiten en flexibiliteitsbepalingen

Een besluit tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor het afwijken van de bouw- of gebruiksregels of voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, dan wel voor het toepassen van een in het plan opgenomen wijzigingsbevoegdheid ter plaatse van de in lid 12.1 bedoelde gronden, wordt niet eerder genomen dan nadat advies is gevraagd aan de waterbeheerder.

12.4.2 Profiel waterkering

Voor het profiel van de waterkeringen gelden de volgende regels:

  • a. na zetting en klink heeft een waterkering het profiel overeenkomstig het dwarsprofiel met betrekking tot het ontwerp zoals opgenomen in bijlage 2 van dit plan;
  • b. binnen de bestemming mag van de maten van de in lid a bedoelde dwarsprofielen, zoals maten met betrekking tot kruinbreedte, slootbreedte en –diepte, bermbreedte en –hoogte, maximaal 10% worden afgeweken, met dien verstande dat:
    • 1. in afwijking hiervan ten aanzien van de taludhelling het bepaalde in lid c geldt;
    • 2. in afwijking hiervan ten aanzien van de kruinhoogte het bepaalde in lid d geldt;
  • c. van de maten van de taludhellingen van het in lid a bedoelde dwarsprofiel mag worden afgeweken, met dien verstande dat het talud minder steil mag worden maar niet flauwer dan 1:5;
  • d. van de kruinhoogte van het in lid a bedoelde dwarsprofiel mag niet worden afgeweken.
12.5 Afwijken van de gebruiksregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.4.2 voor het toestaan van een ander dijkprofiel dan ter plaatse is toegestaan, mits advies is gevraagd aan de beheerder van de waterkering.