direct naar inhoud van Artikel 3 Cultuur en ontspanning - Evenemententerrein
Plan: 'Ellerveld (8030)'
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0303.00000000008030-0ONH

Artikel 3 Cultuur en ontspanning - Evenemententerrein

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Cultuur en ontspanning - Evenemententerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenementen' tevens voor evenementen, waarvoor geldt:
    • 1. het aantal evenementen ten hoogste 25 per jaar bedraagt;
    • 2. het aantal dagen waarop evenementen gehouden worden ten hoogste 38 per jaar bedraagt;
    • 3. het aantal bezoekers per evenement ten hoogste 10.000 bedraagt;
    • 4. evenementen alleen mogen plaatsvinden als op het evenemententerrein ten noorden van het plangebied geen evenementen worden gehouden die vallen onder de niet-representatieve bedrijfssituatie - de zogenaamde 12-dagen-regeling - van de aan Walibi World B.V. verleende vergunning;
    • 5. er geen muziek ten gehore mag worden gebracht;
    • 6. evenementen worden gehouden in de dag- en avondperiode tussen 07.00 - 23.00 uur, met dien verstande dat de aankomst en het vertrek van bezoekers eveneens binnen dit tijdvak plaatsvindt;
    • 7. een omroepinstallatie met een bronvermogen van maximaal 110 dB(A) gedurende ten hoogste 25 % van de dag- en avondperiode (07.00 - 23.00 uur) in gebruik mag zijn; en
    • 8. parkeren voor bezoekers van de evenementen uitsluitend plaatsvindt ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' op de verbeelding;
  • b. faciliterende voorzieningen voor grootschalige manifestaties die op het evenemententerrein ten noorden van het plangebied georganiseerd worden, zoals kamperen en parkeren;
  • c. detailhandel verband houdende met een evenement, met een verkoopvloeroppervlak van maximaal 500 m²;
  • d. horeca, categorie 1 tot en met 3, verband houdende met een evenement, met een bedrijfsvloeroppervlak van maximaal 1.500 m²;
  • e. kamperen verband houdende met een evenement;
  • f. sanitaire voorzieningen;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting', tevens voor een ontsluitingsweg voor gemotoriseerd verkeer met een breedte van maximaal 6 m;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – kunstwerk', tevens voor het kunstwerk 'Universal solidarity (Future is now)';
  • i. wegen, straten en paden;
  • j. parkeervoorzieningen;
  • k. straatmeubilair;
  • l. speelvoorzieningen;
  • m. groenvoorzieningen;
  • n. voorzieningen van algemeen nut;
  • o. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
  • p. met de daarbij behorende bouwwerken en voorzieningen.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

met dien verstande dat:

  • c. ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone – leiding' is geen bebouwing toegestaan.
3.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen dienen binnen het bestemmingsvlak gebouwd te worden;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' mag de aangegeven bouwhoogte niet worden overschreden;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bebouwingspercentage (%)' mag het aangegeven bebouwingspercentage niet worden overschreden.
3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte bedraagt maximaal:
    • 1. van lichtmasten en overige masten 8 m;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – kunstwerk', van een kunstwerk 12 m;
    • 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 4 m;
3.3 Nadere eisen

Bij de beslissing omtrent het verlenen van een bouwvergunning kunnen Burgemeester en wethouders nadere eisen stellen met betrekking tot de situering en maatvoering van de bebouwing, indien en voor zover dit noodzakelijk is:

  • a. om de ruimtelijke samenhang met de overige bebouwing veilig te stellen;
  • b. om een milieuhygiënisch verantwoorde situering te bevorderen;
  • c. om een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende terreinen te voorkomen;
  • d. ter bescherming van de ecologische en natuurwaarden van de aangrenzende gronden.
3.4 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 3.2.1.c en toestaan dat gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden opgericht, mits:

  • a. de belangen van de leiding niet onevenredig worden geschaad;
  • b. vooraf advies is verkregen van de leidingbeheerder.
3.5 Specifieke gebruiksregels
3.5.1 Specifieke gebruiksregel met betrekking tot propaantanks

Het gebruik van gronden ten behoeve van propaantanks is niet toegestaan indien de veiligheidscontour van de propaantank (deels) op de voor 'Recreatie – Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden valt.

3.5.2 Gebruik in strijd met de bestemming

Tot een gebruik in strijd met de bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. permanente bewoning;
  • b. horeca, niet verband houdende met een evenement;
  • c. detailhandel, niet verband houdende met een evenement;
  • d. kamperen, niet verband houdende met een evenement.
3.6 Aanlegvergunning
3.6.1 Verboden uitvoering van andere werken

Het is verboden zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van Burgemeester en wethouders op de in artikel 3.1 bedoelde gronden de volgende andere werken uit te voeren:

  • a. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen;
  • b. het kappen, rooien en verwijderen van bomen en bomen c.q. houtgewas aanwezig als laanbeplantingen.
3.6.2 Weigeringsgrond

De andere werken als bedoeld in lid 3.6.1 zijn slechts toelaatbaar voor zover het natuurwetenschappelijke en landschappelijke belang hierdoor niet onevenredig wordt geschaad.

3.6.3 Uitzondering

Het verbod als bedoeld in lid 3.6.1 is niet van toepassing op andere werken die:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.