direct naar inhoud van Artikel 4 Natuur
Plan: 'Ellerveld (8030)'
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0303.00000000008030-0ONH

Artikel 4 Natuur

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van natuurwaarden en landschappelijke waarden;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'ecologische verbindingszone' voor een ecologische verbindingszone;
  • c. extensief recreatief medegebruik, behoudens ter plaatse van de aanduiding 'ecologische verbindingszone';
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - calamiteitenroute', tevens voor een ontsluiting voor calamiteitenverkeer met een breedte van maximaal 6 m;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone – dijk' voor de bescherming en veiligstellen van de dijk;
  • f. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
  • g. voorzieningen van algemeen nut;
  • h. met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde en voorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

met dien verstande dat:

  • b. ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone – leiding' is geen bebouwing toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone – dijk' is geen bebouwing toegestaan.
4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal 2 m.
4.3 Nadere eisen
4.3.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de landschappelijke en/of natuurwetenschappelijke waarden van de gronden;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • d. de waterhuishouding;
4.3.2 Lichtmasten

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan het aantal, de plaats, de afmeting, de (technische) uitvoering en het gebruik van lichtmasten, waarbij met name rekening zal worden gehouden met het gestelde in bijlage 2.

4.4 Ontheffing van de bouwregels
4.4.1 Bouwen binnen aanduiding 'veiligheidszone - leiding'

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 4.2.1.b en toestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden opgericht, mits:

  • a. de belangen van de leiding niet onevenredig worden geschaad;
  • b. vooraf advies is verkregen van de leidingbeheerder.
4.4.2 Bouwen binnen aanduiding 'vrijwaringszone - dijk'

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 4.2.1.c en toestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden opgericht, mits:

  • a. de belangen van de waterkering niet onevenredig worden geschaad;
  • b. vooraf positief advies is verkregen van de beheerder van de waterkering.
4.5 Specifieke gebruiksregels
4.5.1 Specifieke gebruiksregel met betrekking tot propaantanks

Het gebruik van gronden ten behoeve van propaantanks is niet toegestaan indien de veiligheidscontour van de propaantank (deels) op de voor 'Recreatie – Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden valt.

4.5.2 Gebruik in strijd met de bestemming

Tot een gebruik in strijd met de bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatie doeleinden;
  • b. opslaan van mest of andere landbouwproducten.
4.6 Aanlegvergunning
4.6.1 Verboden uitvoering van andere werken

Het is verboden zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van Burgemeester en wethouders op de in artikel 4.1 bedoelde gronden de volgende andere werken uit te voeren:

  • a. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;
  • b. het aanleggen, verbreden en verharden van paden, banen en andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen;
  • d. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
  • e. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen en aanplanten van gronden en het kappen, rooien en verwijderen van bomen (al dan niet aanwezig als laanbeplanting), bos of andere houtgewassen;
  • f. het scheuren van grasland;
  • g. andere werken die een verandering van de waterhuishouding of het grondwaterpeil tot gevolg hebben, zoals drainage en (onder)bemaling;
  • h. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het extensief recreatief medegebruik.
4.6.2 Weigeringsgrond

De andere werken als bedoeld in lid 4.6.1 zijn slechts toelaatbaar voor zover:

  • a. het natuurwetenschappelijke en landschappelijke belang niet onevenredig wordt geschaad;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone – dijk' vooraf advies is ingewonnen van de beheerder van de waterkering.
4.6.3 Uitzondering

Het verbod als bedoeld in lid 4.6.1 is niet van toepassing op andere werken die:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.